06 Geknield met hoofd achterover; Openbaring fysiek lichaam, en menselijk initiatief.
Ethisch grondbeginsel:
Wat is ethiek?
Ethiek is het zedelijk grondbeginsel dat uit eenvoudig denken voorkomt.
De mens die zich dat denken eigen heeft gemaakt weet zich geroepen alle “wil tot leven” dezelfde eerbied te bewijzen als zijn eigen wil tot leven dat ingeeft.
Onder “goed” wordt hier verstaan;
Leven behouden, leven bevorderen, en leven dat niet ontplooid is tot hoogste bestemming brengen.
Onder “slecht” wordt hier verstaan;
Leven vernietigen, leven aantasten, en leven dat niet de kans heeft gekregen zich te ontwikkelen, afremmen, discrimineren, of tenietdoen.
Ethisch grondbeginsel.
- Het leven is als een raadselachtige scheppende kracht, dat leven voortbrengt én leven vernietigd. Wij zien het en zijn er getuige van zonder dat wij altijd er het waarom van kunnen begrijpen, het is een altijddurend worden en vergaan.
- De mens ervaart het als totaal energie, door het te zien, te ervaren, te voelen, er over na te denken, door te lijden, ervan te genieten en te groeien.
- Als de mens denkend wordt openbaart zich bij hem een streven naar heelheid en volmaaktheid, hij doet dat door zijn relativeringsvermogen, zijn wil, en zijn verlangen naar liefde.
Albert Schweitzer spreekt over een vierpolig denken:
- Eerbied voor het stoffelijke leven in de zin van het bestaan.
- Eerbied voor het sociale leven in de zin van betrekkingen van mens tot mens, in sociale netwerken, relaties en algemene contacten.
- Eerbied voor het geestelijke leven, en voor het streven van de mens naar een persoonlijk en innerlijk weten en geweten.
- Eerbied voor het onvolmaakte leven in de zin van geboorte letsel, en gehandicapte mensen.
"Ik ben leven, dat wil leven, te midden van leven, dat leven wil"
In het kort gezegd: naar eer en geweten denken, en handelingen verrichten.
1 Mei 2005.